La Mondaine

 

la.mondaine

Tekenaar: Lafebre Jordi
Scenarist: Drousie Benoît
Uitgeverij: Dargaud

“Zonder vies gevoos zijn we werkloos!” Met deze gevleugelde woorden stuurde hoofdinspecteur Séverin zijn mannen op straat. Het mogen dan de bandeloze jaren 1930 zijn, de Parijse zedenpolitie blijft alert! En zo bekommert het team van La Mondaine — de bijnaam van deze bewakers van de goede zeden — zich om potloodventers, verdoken ridders van de bruine dreef en clandestiene verkopers van aangebrande prentjes. En na een drukke werkdag vol observatie en een occasionele klap tegen de smoel van een te blitse pooier, gaan ze allen samen gezellig stoom afblazen bij Madame Josepha. Evenwicht moet er zijn. Vandaag hebben ze een bijkomende reden om te vieren. Het team werd zopas versterkt met inspecteur Louzeau die zijn sporen al heeft verdiend bij de afdeling zware misdrijven. Aimé is een uitermate sympathieke flik die nog woont bij zijn alleenstaande moeder. Samen worstelen ze echter met een slecht bewaard geheim. Aimé, de geliefde, is immers het verboden liefdeskind van zijn moeder met een pastoor. En dat is zwaar om dragen, ook in La Mondaine.

La Mondaine — het blijft vreemd dat men die toch wel minder bekende term niet vertaald heeft — is de jongste worp van het duo dat ons eerder al verraste met het ontroerende Lydie. Tekenaar Jordi Lafebre is enorm gegroeid sinds zijn debuut. Zijn fijn lijnenspel is nu van een extatische vrolijkheid die je vandaag enkel nog bij Alain Dodier, Lax en Michel Plessix opmerkt. Maar de Spanjaard overdrijft wat. Hij slaagt er gewoon niet in om een slecht personage of een triestige scène hard over te brengen waardoor elk plaatje een hoog knuffelgehalte heeft. Zijn tekeningen verdragen gewoonweg geen cynisme.

Lydie was bovendien onze eerste kennismaking met de nieuwe Zidrou. De oud-leraar was toen net verhuisd naar Spanje en ontfermde er zich over een roedel onbekendere Spanjaarden die zijn volwassenen scenario’s mochten en wilden uittekenen. Hij zou zo bewijzen dat hij meer in zijn mars had dan Dokus , Tamara en andere Kannibrallen. Het resultaat is inmiddels genoegzaam bekend: Folies Bergères , Michel , De Verhalenverteller , Het Vel van de Beer ,… De ene parel na de andere liet de Brusselaar sindsdien op ons los. En nu is er het eerste deel van het tweeluik La Mondaine. En voor de allereerste keer weten we het niet. Als een dolgedraaide barometer wippen onze meningen van opgeblazen lucht tot geniaal. Op de slotscène na is dit eerste deel van het tweeluik niet meer dan een fantastische verzameling van knuffelbare vertelselkes en het uittekenen van de verschillende karakters. Maar alleen al die positionering is zo schitterend in haar subtiliteit dat je deze strip wil lezen, en herlezen. En dan ontdek je plots het half verborgen Verboden Vrucht-schilderij in de hall van Aimés moeder en merk je hoe de beroemde appelscène wat verderop impressionant wordt voorgezet als Aimé de krolse Eva ontmoet. Zelden stonden de stukken zo mooi geschikt op een spelbord. We durven het een en ander te verwedden dat Zidrou ons alsnog schaakmat zal zetten, maar — eerlijk gezegd — we zien het nu nog niet.

Onze zuiderburen zien dit licht al in augustus wanneer het slotdeel er verschijnt. Hopelijk laat de vertaling niet te lang op zich wachten. Het auteursduo heeft er alvast zin in. Vorige week lekte Jordi Lafebre immers een schitterende, eerste plaat van een nieuwe reeks die volgend jaar moet verschijnen. Een mooiere teaser kan iemand zich niet wensen. Maar eerst moeten we nog finaal knockout geslagen worden door de Parijse zedenpolitie. De gedachte alleen al…

Hoe dan ook zijn deze 134 bladzijden het beste wat we van rastalent Munuera gezien hebben. Aanrader!

___________________________

___________________________

___________________________