Jump

Tekenaar: Cambré Charel
Scenarist: Cambré Charel
Uitgever : Standaard

Clubhuizen op braakliggende terreinen met rommel en een houten schutting errond, kleine jongetjes met een pet met propellertje erop en het soort internationale stadswijk dat zowel Vlaams, Frans, Nederlands of Brits kon zijn. Ze worden nog gemaakt, dit soort jeugdreeksen. En Charel Cambré giet het in een modern jasje.

Jump (in ’t Nederlands is dat Spring, een andere reeks van Cambré) heeft slimme dikzak Brains (een BMX’er met een gordeldier als huisdier), sportieve Dweezil (een skater) en de mooie Lisa (die de skeelers verkiest) in de hoofdrol. In deel 1 draait het rond Brains. Hij wil per se een BMX – wedstrijd winnen. Van professor Arie Nesp krijgt hij een drankje dat hij zelf op punt stelt om zich te kunnen doperen. Zijn vrienden keuren het af, maar helpen hem toch als blijkt dat er meer aan de hand is dan Brains liet weten. In deel 2 draagt Dweezil de hoofdrol. Hij hoopt te kunnen snowboarden, maar daar steekt het huidige klimaat een stokje voor. Brains ontwerpt voor hem een zwevende schaatsplank waarmee hij binnen de kortste keren naasten in nood helpt. Hij wordt een superheld. Maar een schurk wil de schaatsplank gebruiken voor de diefstal van een diamant.

De scenario’s blinken niet uit in originaliteit en er valt al eens een flauwe woordspeling, maar dat zal het jeugdige leesvolkje een rotzorg zijn. Ondanks wat te makkelijke vondsten en overgangen leest elk verhaal zo vlot dat het de moeite niet is om bij die euvels stil te staan. Het drukt de pret zeker niet.

Naar een tip van een Vlaams journalist contacteerde Cambré Jean Roba ooit in verband met een eventuele overname van De Sliert. Er kwam geen antwoord. Met Jump heeft hij zijn eigen versie van de klassieke reeks, maar zich dan pakweg vijftig jaar later afspelend. Zo is Jump Roba’s voorstad in De Sliert en Bollie en Billie ontgroeid als prominent decor. In Jump staan er her en der neergeplante flatgebouwen bij en loopt er meer volk op straat met kledij van nu (hoeden ruimen de plaats voor petten bijvoorbeeld). Dit zien we zo in het Waalse stripweekblad Spirou of het Franse Tchô verschijnen, maar laten we het voor een keertje liever aan de Vlaamse borst drukken.

Omdat een nieuwe jeugdreeks, laat staan een nieuwe stripreeks, alle middelen van promotie kan gebruiken, verschijnen ineens twee delen, worden er van het eerste deel naar verluidt tweehonderdduizend exemplaren gratis aan jongeren verstrekt dankzij het Nederlandse kindertijdschrift Jetix (van de Ketnet – concurrentzender), staat Jump op de cover van het speciale en ook weer gratis Stripgids – nummer voor kids en verschijnt al in april het derde deel met deel 4 op komst. We hopen dat deze politiek zijn vruchten afwerpt want er zijn voldoende indicaties dat de toekomst van de Vlaamse strip te zoeken is in de richting van Charel Cambré…

___________________________

___________________________