Het Kleine Circus

 

Het.Kleine.Circus

Tekenaar: Aristidès Fredéric Othon
Scenarist: Aristidès Fredéric Othon
Uitgeverij: Hum!

Toen Frédéric Othon Aristidès, beter bekend onder zijn pseudoniem Fred, bijna drie jaar geleden overleed, waren de koppen boven de in memoriams bijna allemaal hetzelfde: “Fred, geestelijke vader van Philemon, overleden”. De Franse stripauteur van Griekse origine genoot inderdaad de meeste bekendheid als schepper van de dromerige jongeman die zijn surrealistische avonturen beleeft op de letters van de Atlantische Oceaan en wiens avonturen momenteel in het Nederlands worden uitgegeven door Uitgeverij HUM!.

Maar Fred was meer dan dat. Nadat hij voor verschillende Franse tijdschriften humoristische tekeningen had gemaakt, was hij als 29-jarige een van de oprichters van het “beestachtig, goddeloze blad” Hara-Kiri. Daar maakt hij in de jaren 1960 kortverhalen over bizarre beroepen, waaronder de postzegellikker, de wildeballenbreister en de gatenvertegenwoordiger. En over een menselijke kanonskogel die auditie doet bij een klein reizend circus. Wanneer zijn vriend Gébé de twee ongebruikte platen onder ogen krijgt, moedigt hij Fred aan om er verder aan te werken.

Leopold, Carmen en hun zoon trekken met hun circuswagen rond in een vreemde, grijze wereld, waar de horizon slechts af en toe onderbroken wordt door een doodse boom. Maar dat betekent niet dat er nooit iets gebeurt. Het landschap verandert plots in een spiegel, een flipperkast of de bodem van de zee. Wegen worden opgerold voor de lenteschoonmaak of blijken de slepen van bruidsjurken te zijn.

En de personages die ze ontmoeten! Van trapezewerkers die post bezorgen voor het leger blijf je beter af, het lot van de Siamese acrobatentweeling wordt bezegeld door een specht en koorddansers blijken moeilijker te vangen dan gedacht. Freds fantasie lijkt een even bodemloos vaatje als de waterput waarlangs Philemon de A bereikte. Maar waar Philemon in een kleurrijke stripverhaalstijl werd getekend, maakt Fred voor Het Kleine Circus gebruik van gewassen inkt. Bovendien liet hij de ballonnen rondom de teksten achterwege, waardoor die deel lijken uit te maken van de tekeningen. Het past allemaal wonderwel bij de absurde, maar soms even goed harde humor die Fred in de avonturen van telkens twee pagina’s steekt.

“Het Kleine Circus is Freds meesterwerk, een klassieker in de wereld van het beeldverhaal”, verkondigt Uitgeverij HUM! op de achterzijde van deze bijzonder fraaie uitgave. Freds meesterwerk lijkt ons vooralsnog Philemon te zijn, maar dat Het Kleine Circus een stripklassieker is, daar zullen hopelijk weinigen over discussiëren.

___________________________

___________________________