De Eekhoorn Van De Vel’ D’Hiv

 

De.Eekhoorn.Van.De.Vel.Hiv

Tekenaar: Lacroix Christian
Scenarist: Lacroix Christian
Uitgever: Daedalus

Een kleine tien jaar geleden schreef Lax (Christian Lacroix) zijn eerste wielerstrip. De Teenloze Adelaar combineerde de liefde voor de wielrennerij met een psychologisch drama. Na het tweedelige Vinkenbrood sluit de tekenaar zijn koerstrilogie af met het ontgoochelende De eekhoorn van de Vel’d’Hiv.

Ook het nieuwe album wil het relaas van een renner laten versmelten met een aantal historische gebeurtenissen: de wielerbaan van Parijs, de Vélodrome d’Hiver (kortweg Vel’d’Hiv), is het decor voor de successen van de fictieve pistier Sam Ancelin, maar ook de plek waar in de zomer van 1942 meer dan tienduizend Joden dagenlang moesten wachten op deportatie.

Sam probeert zich tijdens de oorlogsjaren recht te houden door te koersen. Zijn gehandicapte broer Eddie zet zich intussen in voor het verzet tegen de Duitse bezetting en publiceert in clandestiene kranten onder de naam De Eekhoorn, uitgerekend de bijnaam van de populaire baanwielrenners. Ook hun ouders laten zich niet onbetuigd: moeder helpt Joden; vader verkiest gezellige pokeravondjes met Nazieofficieren.

Dat deze explosieve gezinssituatie het verhaal van de nodige wendingen voorziet, is al duidelijk bij aanvang van de strip. Om alle ontwikkelingen naadloos in te passen, doet Lax beroep op iets te veel flashbacks, intermezzo’s en simultane verhaallijntjes. Die veelheid aan informatie maakt van De eekhoorn van de Vel’d’Hiv een compacte strip waarin geen ruimte is om de lotgevallen van de familie Ancelin op een aangenaam leesritme te laten evolueren.

Een voorbeeldje: de deportatie van de moeder lijkt nauwelijks enig effect te hebben op het gezin. Er wordt heel even naar haar gezocht, waarna over haar met geen woord meer gerept wordt. Ook voor de lijdensweg van het individu in de koers is geen plaats meer; de nadruk ligt tijdens de korte wedstrijdscenes uitsluitend op Sam Ancelin die enkel verliest als men hem er toe verplicht. Het verhaal spreiden over twee delen om de personages tot hun recht te laten komen, zoals bij Vinkenbrood, had geen overbodige luxe geweest.

Gelukkig is het tekenwerk van iets hogere kwaliteit. De lijnvoering is minimaal en ingetogen, en laat de hoofdrol over aan de zachte pastelinkleuring. Met veel blauwe en bruine tinten weet Lax een behaaglijke sfeer te creëren. We geloven graag dat het Parijs van de jaren 1940 er zo moet hebben uitgezien: het pompeuse karakter van de grote lanen, het pittoreske van Montmartre… Om van De eekhoorn van de Vel’d’Hiv een even indrukwekkende strip als De Teenloze Adelaar te maken, is echter meer nodig dan fraaie kleurtoetsen.

___________________________

___________________________