De Duivel Der Zeven Zeeën

 

De.Duivel.Der.Zeven.Zeeën

Tekenaar: Huppen Hermann
Scenarist: Huppen Yves
Uitgever : Dupuis

Eén zekerheid in het leven: een mens is nooit te oud voor piraten, zeker niet in stripverhalen. En helemaal niet wanneer ze uit het potlood van Hermann afkomstig zijn. Samen met zoon Yves H. zorgt hij in deze nieuwe Vrije Vlucht voor een sfeervolle, tot dagdromen aanzettend en onstuimig kostuumdrama.

Jaren is het geleden dat Hermann de rondbuikige en harige Barney Jordan nog tekende. Jordan was een van de kleurrijke hoofdpersonages in de Bernard Prince – strips, zo’n typische avonturenstrip uit de jaren zeventig. Hoewel eigenlijk best wat braafjes, was de reeks best charmant, niet in het minst dankzij de piraat die in Jordan school. Met De duivel der zeven zeeën maakt de man eindelijk de piratenstrip waarvan we stiekem al jaren hoopten dat hij hem zou maken. En wees maar zeker dat het album alles bevat dat je van zo’n strip verwacht. Onbewoonde eilanden, begraven schatten, rondborstige jongedames en uiteraard lepe en ongure klaplopers à volonté.

Dat je dan vertrokken bent voor een nieuwe fijne Hermann, spreekt voor zich. Moet er nog meer gezegd in zo’n geval? Zoals we dat van de man gewend zijn, tekent Hermann voor prachtige, sfeervolle platen waarbij het heerlijk dagdromen is. Zo is het mogelijk zo lang bij een plaatje te blijven hangen dat je de draad van het verhaal helemaal kwijtraakt. Al is dat misschien ook enigszins te wijten aan Hermanns zoon en scenarist Yves H. H. heeft immers de neiging zijn scenario’s vol te proppen met constructies die de lezer al eens doen zuchten, zeker wanneer het wachten is op een tweede album voor de ontknoping.

Maar Yves H. leert duidelijk bij. Weg is de overload aan tekst die van Manhatten Beach 1957 enkele jaren geleden een nagenoeg onleesbaar album maakte. Bovendien komt de jongste creatieve Huppen met dermate kleurrijke figuren op de proppen dat De duivel der zeven zeeën alle lof verdient. Een genadeloze piraat Robert Murdoch dopen is misschien wat lame, maar verder moet gezegd dat Murdoch veel minder een stripfiguur is dan Jack Sparrow, en dat is al heel wat.

Bovendien durft Huppen het aan minstens één cruciaal personage om te brengen nog voor het eerste deel ten einde is. Door het grote aantal nevenintriges lijkt het weinig waarschijnlijk dat het verhaal hierdoor zal instorten, al is het het natuurlijk maar de vraag wat eigenlijk de hoofdverhaallijn is. Want wie het einde van dit eerste deel bereikt, moet toegeven dat het aantal vragen waarmee je blijft zitten, behoorlijk hoog is.

Daarmee is De duivel der zeven zeeën zo’n typische strip waarvan je wou dat je hem pas ontdekt had op het ogenblik dat ook het tweede en laatste deel in de winkel ligt. Het hoge jongensboekgehalte heeft immers ook het jongensongeduld naar boven gebracht. We willen weten hoe dit afloopt, en wel nu! En bovenal willen we zelf een vroegachttiende – eeuws kostuum aantrekken, een bevallige deerne tegen ons aantrekken en het ruime sop kiezen, op zoek naar een —hopelijk fabelachtige schat.

___________________________

___________________________

___________________________