Dan Cooper

 

dan.cooper

Tekenaar: Weinberg Albert
Scenarist: Weinberg Albert
Uitgever : Lombard

Van de piloot Dan Cooper (Albert Weinberg) verschijnen in PEP zeven van de ruim 40 avonturen. Het eerste is De blauwe driehoek dat in 1954 in Tintin/Kuifje verschijnt; in 1957 komt het als album uit. Het laatste album Het oog van de tijger (nr. 41) dateert van 1992.

De verhalen van Dan Cooper balanceren op de rand van avonturenstrip en SF – verhaal. Vooral de ruimtevaart spreekt tot de verbeelding in de jaren zestig. Dat blijkt ook uit de middenplaten en geïllustreerde tekstverhalen over ruimtevaart en aanverwante zaken in PEP. De SF in Cooper is vaak zeer onwaarschijnlijk: zo wordt de X – 100 voortgestuwd “door een elektronisch brein, dat de kosmische stralen omzet in zwaartekracht…”. Alhoewel… vergeleken met de onzin in het alom bejubelde Blake & Mortimer verhaal De 3 formules van professor Sato is het kinderspel.

Die nadruk op technologie maakt de verhalen gedateerd. Nieuwe verhalen verschijnen niet meer en de meeste verhalen zijn niet meer leverbaar. Daarnaast is de kwaliteit niet altijd van het hoogste niveau – vergelijking met andere “technische” strips valt in het nadeel van Cooper uit terwijl de avonturen in andere pilotenstrips als Buck Danny en Mick Tangy gevarieerder opgebouwd zijn. Die beide laatste strips hebben daarnaast een flinke dosis humor door figuren als Sonny en Laverdure, iets dat Cooper moet ontberen.

___________________________

___________________________

___________________________