Angel Fire

 

angel.fire

Tekenaar: Parkhouse Steve
Scenarist: Blythe Chris
Uitgever : Casterman

Angel Fire biedt geen rechtlijnig verhaal aan, maar een aantal verstrengelde verhalen die voor de nodige verwarring zorgen en je regelmatig op het verkeerde been zetten. Op het einde blijkt nl. de hierboven geschetste plot helemaal niet te kloppen: John zou van bij zijn eerste contact met Angel Fire in een coma geraakt zijn en nooit meer tot bewustzijn komen. Uiteindelijk laat Tessa de beademingsmachine stoppen: “Hij liep verloren”. Meteen wordt duidelijk dat wat zich tussen de eerste en de laatste bladzijden afspeelt, de doodsstrijd van John verbeeldt. Gezien de belangrijke rol van schuldgevoelens, neemt deze strip de vorm van een morality play aan, met een aantal aan horror ontleende elementen die je niet zozeer de daver op het lijf jagen, maar je met een koude hand naar de keel grijpen. Wanneer John (in coma) de zelfmoord van zijn vrouw ontdekt, is dat een gevolg van zijn schuldgevoelens over het feit dat hij haar verwaarloosde en over de zelfmoord van de managing director van Shanks & Sons. Zelfmoord en moraliteit spelen trouwens een belangrijke rol in de legende van de “Bloedende Non” die de verhaallijnen doorkruist. Een middeleeuws verhaal waarin een novice door een priester verkracht wordt en die, als blijkt dat ze zwanger is, levend begraven wordt in de muren van de kerk. Als straf liet God het gebied overstromen. Nog voor de landheer zijn dochter uit de muren kan bevrijden, pleegt ze zelfmoord.
In zijn coma moet John over dat verzwolgen dorp roeien om bij het Schotse landhuis te geraken. De novice verschijnt aan hem en geeft de raad om op zijn hoede te zijn voor de schaduw, die het op hem gemunt heeft: “Waar licht is, is hoop”. Intussen is zijn vriend Zee onverwachts op bezoek gekomen, maar John verdenkt hem ervan Tessa vermoord te hebben. Wanneer John ’s nachts Zee in een opwelling van de trappen duwt en doodt, blijkt die de dreigende schaduw in zich mee te voeren: “Je hebt je enige vriend gedood. Je hebt alles verloren en nu heb je niets meer.” In een ultieme ontsnappingspoging tracht John nog het veilige lichtbaken voor het huis te bereiken. Maar vlak voor hij de openstaande voordeur bereikt, laat Tessa de beademingsmachine stoppen. De deur slaat dicht, het licht van de lucifer gaat uit en een monsterachtige schaduw stort zich op John…
Deze erg filmische strip van het duo Blythe (scenario en inkleuring) en Parkhouse (tekeningen) komt in eerste instantie wat vreemd over. Maar gaandeweg begin je de kwaliteiten van verhaal en vormgeving beter te appreciëren. De realistische tekeningen lijken conventioneel, maar het verhaal, het spel van de stripframes en de inkleuring geven toch de noodzakelijke dynamiek. Op het einde blijf je met de vraag zitten wat nu ‘echt’ gebeurd is en wat John in zijn doodstrijd hallucineert. In het eerste en (in mindere mate) laatste hoofdstuk gaan werkelijkheid en hallucinatie haast naadloos in elkaar over. En zelfs in de tussenliggende, hallucinerende hoofdstukken (die een werkelijkheid op zich worden), is niet alles wat het lijkt te zijn. Een luciferboekje uit het hotel waar Tessa zelfmoord pleegde (het bewijsstuk om Zee te verdenken), blijkt na de dood van Zee uit de bar waar ze hun succesvolle deal gingen vieren, te stammen. Met de vele details en parallellen zal je geneigd zijn om de strip een aantal keer te herlezen voor je er helemaal uit bent. Elke leesbeurt zal je wel iets nieuws opvallen. Als je met de puzzel rond bent, kan je je nog steeds verdiepen in de ‘schuld en boete’ – thematiek van deze hedendaagse moraliteit. Een lijvige, verassende strip noir die door de makers ambitieus als een graphic novel gelanceerd wordt, maar daar niet echt thuishoort.

___________________________

___________________________